De son is begin 20ste eeuw ontstaan in Santiago de Cuba (Oost Cuba): een mix van Cubaanse, Spaanse en (West) Afrikaanse invloeden. In navolging van de son herwaardering, begin jaren ’90, start gitarist Fernando Dewa zijn Septeto Santiaguero. De groep maakte sindsdien zes cd’s, waarvan ‘Vamos pa’ la fiesta’ de laatste is.

‘Vamos pa’ la fiesta’ is een album dat opvalt door zijn melodische melodieën die zich bewegen over diverse stijlen. Uiteraard de son, maar ook horen we de danzon, de bolero en zelfs de Colombiaanse cumbia die doorschemert in ‘Vamos a Bailar’. Septeto Santiaguero klinkt hecht en compact en zet een zeer dansbare set neer waarbij de meerstemmig gezongen strofen bijzonder fraai en coherent klinken. Het septet wordt bijgestaan door een klein dozijn gastmusici. Naast een aantal
blazers zijn er ook een aantal gastzangers, waaronder Ruben Blades (1948). Hij zingt de klassieker ‘Lágrimas Negras’, ooit geschreven door Miguel Matamores, de leider van het legendarische Trio Matamores (met o.a.  Guillermo Portabales en Beny Moré). Bovendien zingt Blades een ongelooflijk mooie vertolking van ‘Contéstame’, waarbij hij in de hoogte zijn stem optimaal benut, zonder over te schakelen op kopstem. De Puerto Ricaanse zanger Cheo Feliciano (1935) zingt ‘Un poquito de tu amor’ met zijn warme, ietwat hese stem, waarbij het intro een muzikale afdruk is van ‘Take the ‘A’-Train’ (Duke Ellington). ‘Amor Silvestre’ wordt tenslotte gezongen door Jose Alberto ‘El Canario’ uit de Dominicaanse Republiek die opvalt door zijn heerlijk luie timing.

Opmerkelijke composities zijn het glooiende ‘Que le den candela’, dat met zijn zwevende melodie boven de rest uit stijgt; het prachtig meerstemmig gezongen ‘Vamos a Bailar’ en het titelstuk ‘Vamos pa’ la Fiesta’, dat een regelrechte hit is (met modulatie). Op de cd ‘Vamos pa’ la fiesta’ klinkt weer een strak georganiseerde Septeto Santiaguero: commerciëler dan zijn voorganger, maar daar is niets mis mee!

  • Septeto Santiaguero: ‘Vamos pa’ la fiesta’ (Picap/Jazzconexion)

© Mattie Poels